KNVB introduceert vier nieuwe spelregels voor jonge amateurvoetballers, wat gaat er veranderen?

ARC Heitingatoernooi Foto: Studio Alphen

GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN – Jonge amateurvoetballers die spelen in onder-13 tot en met onder-15 teams krijgen in het seizoen 2024-2025 te maken met nieuwe spelregels. Wat gaat er dit seizoen veranderen voor jouw voetballende kind?

De KNVB heeft een pilot voor komend seizoen geïntroduceerd met vernieuwde spelregels. Zowel jonge voetballers als voetbalsters krijgen te maken met het experiment. Er worden vier nieuwe spelregels ingevoerd door de Nederlandse voetbalbond: de intrap of zelfpass, de vrije trap en zelfpass, vliegend wisselen en een tijdstraf.

Intrappen en zelfpass

Als de bal over de zijlijn gaat, dan wordt er niet meer ingegooid. De inworp wordt namelijk vervangen door een intrap of een zelfpass door in te dribbelen. Je mag intrappen of indribbelen waarbij een tegenstander vijf meter afstand moet houden. Bij hoekschoppen, doeltrappen of aftrappen houden tegenstanders 9,15 meter afstand.

Bij een vrije trap mag je ook ervoor kiezen om de bal naar jezelf te passen. Je mag de bal stilleggen en zelf dribbelen zonder eerst naar een medespeler te passen. Ook mag de bal worden gespeeld zonder een teken of fluitsignaal van de scheidsrechter. Tenzij de scheids aangeeft dat een speler moet wachten. Na een zelfpass mag de nemer van de vrije trap niet direct zelf scoren, maar moet de bal minimaal door twee spelers (inclusief de nemer) aangeraakt worden voordat er mag worden gescoord.

Daarnaast moeten tegenstanders minimaal vijf meter afstand houden en ze mogen de nemer van de vrije trap niet belemmeren. Als een speler de bal heeft neergelegd, dan krijg je maximaal vijf seconden om de zelfpass te nemen. Als er sprake is van een vrije trap met muur, dan krijgt de aanvallende partij vijf seconden voor een zelfpass. Als de bal in die tijd niet is gespeeld, zal de scheidsrechter een muur neerzetten op 9,15 meter. Het is dan niet meer mogelijk om voor de snelle zelfpass te kiezen.

Vliegend wisselen

Een andere nieuwe regel is de mogelijkheid om vliegend te wisselen. De wedstrijd gaat dan door zonder onderbreking van de scheidsrechter terwijl voetballers het veld uit- en ingaan bij de middenlijn aan de kant van de dug-out. Als je bent gewisseld, dan mag je ook later in de wedstrijd nog weer terug in het veld komen. Er kunnen maximaal zeven wisselspelers worden ingezet.

De wisselspeler mag pas het veld in komen als de veldspeler eruit is gegaan. Hij of zij geeft daarbij een hesje aan de speler die het veld verlaat. Bij deze wissel wordt de tijd niet stilgezet. Als een keeper wordt gewisseld, dan mag dat dichtbij het doel worden gedaan. In het geval van een onjuiste uitrusting zal het duel tijdelijk worden stilgelegd.

Tijdstraf

Ook wordt er een nieuwe maatregel geïntroduceerd met de tijdstraf. Bij een gele kaart moet een speler vijf minuten het veld uit. Je moet na een gele kaart naar de dug-out of een speciaal aangewezen strafbank. Indien dezelfde speler een tweede gele kaart of directe rode kaart krijgt, dan mag diegene niet meer meespelen tijdens de wedstrijd.

De scheidsrechter zal de tijd bijhouden en moet na vijf minuten toestemming geven aan de speler om weer in het veld te komen zonder dat het spel wordt stilgelegd. Als de speler na een tijdstraf het veld zonder toestemming weer op komt, dan krijgt de speler een gele kaart. Als de wedstrijd wordt hervat, dan begint de tijd van een tijdstraf te lopen. In het geval van blessures of andere onderbrekingen moet de scheidsrechter zelf inschatten hoeveel extra erbij wordt gerekend.

In het geval dat je een tweede gele kaart ontvangt, wordt een speler het veld uit gestuurd. Na vijf minuten kan een wisselspeler de gestrafte speler vervangen. Als je een directe rode kaart krijgt, dan moet je uiteraard ook het veld verlaten. De coach kan dan een wisselspeler als vervanger inbrengen na tien minuten.

Lees ook: Nieuwe regels voor omgang met scheidsrechters in amateurvoetbal: rol van aanvoerder belangrijk